cover van zuiderzeeballade

Recensies

Van je familie moet je het hebben, Nels Fahner, Trouw, 4 juni 2011
Drie Nederlandse schrijfsters, Eva Meijer, Justine le Clercq en Karlijn Stoffele, putten voor hun debuutroman uit de rijke bron van de familierelaties. Die interesse in een andere dan de eigen generatie levert opvallend volwassen boeken op.
(...)
Zuiderzeeballade, het romandebuut van jeugdboekenschrijfster Karlijn Stoffels, gaat hierin zo ver dat het boek op het eerste gezicht een chaotische indruk maakt. Nadat we Mati de Bruijne hebben leren kennen, die in een verzorgingshuis in Emmeloord haar bejaarde moerder opzoekt, verschuift het perspectief naar deze moeder Hanna, en dan verder naar háár moeder, die opgroeide op het Zeeuwse platteland. We volgen Hanna's jeugd in Zwartsluis, haar studententijd in Leiden en keren ten slotte terug naar dochter Mati, naar het Nederland van nu, waar we kennismaken met Mati's Marokkaanse buren, de familie Ayoubi.
Met al dat reizen door de tijd maakt Stoffels het de lezer niet gemakkelijk, maar ze biedt ons wél een fascinerende blik op de recente Nederlandse geschiedenis. Dat begint al bij Hanna Slincke, de negentigjarige moederfiguur, die Joodse voorouders had. Dat gegeven grijpt Stoffels aan om telkens een groep mensen te schilderen die op een of andere manier een kwetsbare minderheid vormt, of het nu gaat om migranten, vrouwen of anderszins culturele buitenbeentjes. Wat doen ze met het zwart-wit denken om hen heen? Hoe denken ze over zichzelf?
Ondanks die maatschappelijke inslag is Zuiderzeeballade geen vehikel van politiek correct denken. Dat is grotendeels te danken aan Hanna, die beslist niet het type is van de warme oermoeder. Gedwongen tot het moederschap waarvoor ze eigenlijk niet geschikt is, maakt Hanna eerder een stugge, onsympathieke indruk.
Dat Stoffels deze eigengereide vrouw toch in al haar ontroerende kwetsbaarheid weet te tonen, is misschien wel haar grootste verdienste. Als Hanna dement wordt, weigert ze de regie over haar leven uit handen te geven: "Bij de brede zijdeuren naar de gang ontstond beroering. Een scherpe stem scheen toegang te eisen tot het gebeuren. De deuren zwaaiden open, een lege rolstoel werd naar binnen gereden, en degene die verondersteld werd daar vervoerd te worden strompelde op eigen kracht de zaal binnen, achtervolgd door een bezorgde zuster en een lang stuk broekelastiek."

 

De last van een stamboom, Mark Cloostermans, De Standaard, 19 augustus 2011
Jeugdboekenschrijfster Karlijn Stoffels weet aangenaam te verrassen met Zuiderzeeballade, haar eerste roman voor volwassenen.
(...)
Op het eerste gezicht lijkt Zuiderzeeballade een standaardfamilieroman te worden, maar geef het boek hoop en al vijf bladzijden de tijd en je merkt dat je meegesleept wordt door Stoffels' vlotte verteltoon. Zo meander je mee door de tijd, waarin zich langzaam een patroon aftekent. Over de huwelijksnacht van Mati's oma Pi lezen we bijvoorbeeld: 'In het aardedonker voltrok zich een onhandige en pijnlijke paring.' Het mannelijke deel van die paring is enkele pagina's verder al aan het flirten met een ander. En elders in de familiestamboom wordt een vrouw geconfronteerd met de onredelijke jaloezie van haar echtgenoot: 'Natuurlijk zuchtte ze vermoeid als hij aanstalten maakte haar te 'bezitten', want ieder ander gedrag, zoals blijk geven van geestdrift, zou hem hoogst argwanend gemaakt hebben.
Zuiderzeeballade is het verhaal van één vrouw, Hanna, die mentaal buigt. Onder de druk van de Tweede Wereldoorlog, maar ook onder de dagelijkse last van het leven dat vrouwen verondersteld werden te leiden. Hanna is genekt door de huishoudelijke plichten en de zorg voor drie kinderen, terwijl haar man eerst ondergedoken zat en daarna twee jaar in legerdienst moest. Haar academische interesse is gedoofd, samen met haar levensvreugde en de liefde voor haar man. Als het vuur ten slotte weer opgloeit, ontwikkelt ze een manisch-depressieve stoornis. Hanna brengt periodes in een instelling door en haar man ziet zich verplicht om te 'leuren met de kinderen, alsof hij een nest jonge poesjes aan de man moest brengen', op zoek naar opvang.
Wat is Zuiderzeeballade? Een familieroman, een feministische roman, een tijdsbeeld? Karlijn Stoffels lijkt vreesachtig voor elke vorm van interpretatie. Ze geeft Mati bijvoorbeeld de vriendschap van een Marokkaanse familie, waarvan de leden benijdenswaardig close zijn met elkaar, maar ze vermijdt de vergelijking te maken met het gezin waar Mati uit komt. Dat heeft als nadeel dat haar roman niet meer kan worden dan een reeks losjes aan elkaar gelijmde anekdotes over een uit elkaar vallend gezin.
In een flashback naar de Tweede Wereldoorlog maken we kort kennis met Hanna's vader, die stambomen uitpluist en vervalst om te 'bewijzen' dat Joden eigenlijk helemaal niet Joods zijn. Misschien is dat nog de beste samenvatting van deze roman: dat de stamboom waarmee je geboren wordt een last kan zijn. Een anti-familieroman dan maar?

 

Voor: nostalgische moeders, Gazet van Antwerpen, 7 mei 2011
De Nederlandse kinderboekenschrijfster Karlijn Stoffels zet met Zuiderzeeballade een beklemmend romandebuut naar, zeer herkenbaar voor kinderen van hoogbejaarde ouders. Hoofdpersoon Mati schetst een adembenemend portret van haar dementerende moeder, die in haar heldere momenten de wereld dwingend naar haar hand zet. Mati ruimt de huizen van haar moeder op, waarin de troep zich torenhoog heeft opgestapeld. Tussen kranten, nutteloze verzamelingen en voorwerpen, wordt ze teruggezogen naar haar jeugd, waarin de moeder met haar gekte haar gezin te gronde richtte. Maar vanuit de chaos komen naast schrijnende herinneringen ook ontroerende familieverhalen bovendrijven. Het ontluisterende portert van de oude moeder krijgt gaandeweg steeds meer zilveren randjes en ontroert soms tot tranen.

 

Feeks, HP/De Tijd, 25 maart 2011
De moeder is een feeks. Toch krijg je steeds meer sympathie voor haar. Dat is misschien wel het knapste aan de eerste roman voor volwassenen van Karlijn Stoffels, die eerder bekroonde kinderboeken schreef. Zuiderzeeballade draait om een familie met een aftakelende moeder. Oud en versleten, ze heeft niet lang meer. Sinds een operatie woont ze in een verpleeghuis. Daar wordt ze chagrijnig van. Dat is niet opmerkelijk, ze wordt overal chagrijnig van. Ze reageert haar frustratie vooral af op haar goedbedoelende dochter, die hartverscheurend pleaserig is. In flashbacks, beschreven vanuit verschillende personages, komen we de familiegeschiedenis te weten, tot een paar generaties terug. Het is een treurige geschiedenis, van mensen die elkaar ongelukkig maken zonder dat ze het echt kunnen helpen. Man hands on misery to man, maar Stoffels is niet bitter. Het positieve einde is ontroerend, tegen het sentimentele aan, maar net niet te - precies goed dus.

 

Haarlems Dagblad, Sonja de Jong, 20 april 2011
(...)
(Karlijn Stoffels) viel in haar kinderboeken steeds op door de frisheid en originaliteit waarmee ze haar onderwerp benaderde. Daarvan is in Zuiderzeeballade te weinig terug te vinden. Het boek is goed geschreven, in een hier en daar bijna ouderwets aandoend Nederlands, Stoffels heeft terdege onderzoek gedaan naar de periode waarin ze haar personages laat leven, maar het verrast te weinig.
(...)Door die versnippering ontstaat nergens betrokkenheid tussen lezer en auteur.
Pas in de tweede helft herstelt zich dat, als alleen nog Hanna gevolgd wordt. Met haar heeft Stoffels een intrigerend personage in handen, een slachtoffer van haar tijd. Ze is hyperintelligent, wil klassieke talen gaan studeren, maar mag na haar huwelijk slechts het huishouden doen en kinderen krijgen. Haar machteloos verzet leidt tot herhaalde psychoses.
Deze bijzondere vrouw, daar zou je meer over willen lezen.

 

Dizzie.nl, 24 september 2011
(...)
Zo begint deze roman. In deze start zitten alle thema's van het boek. Goed bedoelende en zorgzame Mati die door haar moeder niet gezien wordt en alsmaar door moeder gecorrigeerd wordt. Dit in flagrante tegenstelling tot de behandeling van de oudste dochter, moeders favoriet. De excentrieke moeder die graag aan anderen superieur is en hen corrigeert. De moeder ook die niet terugschrikt voor harde waarheden. De Zuiderzee, het IJsselmeer, Emmeloord. De ballade: de hele roman door wordt er gezongen. Het verhaal van de generaties. En vooral: de tragikomedie van het leven.

Hanna is, 90 jaar oud, na een operatie opgenomen in een verpleegtehuis. Als Mati op zich neemt de spullen van haar moeder uit haar huizen op te ruimen, blikt ze terug op haar leven in het gezin, waarin haar moeder, met haar gecompliceerde karakter en psychoses, een dominante en ontregelende rol speelt.
(...)
Hoe interessant deze verhalen ook zijn, wat deze roman bijzonder maakt is de manier waarop Hanna wordt beschreven. De auteur is erin geslaagd haar te typeren met een wonderlijke combinatie van een scherpe pen én grote compassie. En van begin tot einde vergast zij ons op tragikomische momenten.